Herfsthangmatspin (Linyphia triangularis)
Web: Hangmatweb met oplopende draden boven de mat en stabiliserende draden onder de mat.
Habitat: Helemaal niet kieskeurig. In heel veel verschillende biotopen aan te treffen, zolang ze er haar web maar kan maken. Meestal wel in vegetatie, van hogere grassen en kruiden tot struiken, maar meestal niet lager dan 30 cm en niet hoger dan 2m boven de bodem.
Herkennen aan:
Te verwarren met:
Grootte
♀: 5-7mm
♂: 4,6-7mm
Wanneer?
♀: vanaf midden augustus tot eind oktober, maar kan soms tot in december te vinden zijn. leeft alleszins wat langer dan mannetje
♂: vanaf midden augustus tot oktober
Kruidhangmatspin (Neriene clathrata)
Web: Relatief ijl hangmatweb.
Habitat: In veel verschillende biotopen, zoals wegbermen, ruigtes, parken en tuinen, veelal lager bij de grond. Volwassen mannetjes vaak in strooisel aan te treffen.
Herkennen aan:
♂: de rugtekening is vaak bijna niet meer te onderscheiden bij volwassen mannetje en dan vallen vooral nog twee lichte vlekken op aan de voorkant van het achterlijf.
Te verwarren met:
Grootte
♀: 3,7-5,5mm
♂: 3,4-4,8mm
Wanneer?
♀: hele jaar
♂: maart tot juni
Lentehangmatspin (Neriene montana)
Web: Vaak redelijk groot en robuust hangmatweb. De spin zit in tegenstelling tot de meeste andere verwante soorten vaak in een refugium (spleet, achter schors,...) en hangt dan niet constant zichtbaar onder het matgedeelte. Het spinsel in de buurt van het refugium is dichter.
Habitat: Beschaduwde plaatsen, vaak tegen soliede of dichte structuren (holle boomstam, takkenhoop, muur,...) en dus minder in "groene vegetatie".
Herkennen aan:
Te verwarren met:
Grootte
♀: 5-8mm
♂: 4-7mm
Wanneer?
♀: hele jaar
♂: april tot juni
Struikhangmatspin (Neriene peltata)
Web: Relatief ijl hangmatweb.
Habitat: Parken en tuinen, veelal in struiken.
Herkennen aan:
Te verwarren met:
Grootte
♀: 3-5mm
♂: 2,2-3,5mm
Wanneer?
♀: mei tot juli
♂: april tot juni
Tuinhangmatspin (Linyphia hortensis)
Web: Hangmatweb met oplopende draden boven de mat en stabiliserende draden onder de mat (ijler en kleiner dan bij Herfsthangmatspin).
Habitat: Parken en tuinen, veelal in hogere grassen en kruiden of in lagere struiken, maar meestal niet lager dan 30 cm en niet hoger dan 2m boven de bodem.
Herkennen aan:
♂: de rugtekening is vaak bijna niet meer te zien bij volwassen mannetje en is dan gereduceerd tot twee lichte vlekken aan de voorkant van het achterlijf.
Te verwarren met:
Grootte
♀: 4-6mm
♂: 3-5mm
Wanneer?
♀: mei tot juli
♂: april tot juni